Welkom in het archief van theatergroep Würz

Mijn afstudeerregie Würz, in 1988, werd ook de naam van mijn eigen gezelschap, officieel opgericht in 1991. Onder die naam heb ik met een wisselend gezelschap spelers, technici, ontwerpers en zakelijke leiding en mijn vaste dramaturg Ronald Venrooy een hele reeks mooie voorstellingen gemaakt. De eerste jaren praktisch zonder geld, later ging dat beter. De Vader van Strindberg in de studio van Stan Schram in Amsterdam-Noord voelde als een ommekeer. Goeie pers, eindelijk serieuze aandacht, meer geld. Al bleef Wurz wel fringe. Tot de gevestigde orde heb ik nooit behoord. Ik wilde het theater ook niet meer in, alleen nog dingen maken op locatie. Een oude brandweerkazerne in de binnenstad van Utrecht, en op een boot in de Waal bij Nijmegen, de Verolme werf in IJsselmonde. En Barend Zuurmond, de locatiekoning van Den Haag, regelde voor Würz in die stad de prachtigste plekken. Een herenhuis aan de Prinsessegracht, een leegstaand ministerie aan het Plein, een bankgebouw aan de Kneuterdijk, een gigantische villa aan Plein 1813, de oude werkplek van Joop den Uyl.

In 2005 was het afgelopen. Ik moest mij melden bij het subsidieloket Structureel. Ik had wilde plannen. Würz zou theater gaan maken op locatie, kantoor houden via de laptop en vergaderen in het café. Ze vonden het geen goed idee.

Op 23 december 2005 speelde ik samen met Annette, Sijtze, Vincent en Veronieke de laatste scene van de allerlaatste Würz voorstelling, in Theater Frascati in Amsterdam. Nexlach van Joost II Sickenga, de Hemelvaartscene. Geluid van een helikopter, veel kabaal, licht, rook, muziek- we verdwenen in een mist uit het zicht. Als het geluid langzaam wegsterft heeft Veronieke als Kitty het laatste woord, kut.